Erfgoedplus.be vind meer dan je zoekt

Navigation Search

Thema

De Sint-Antoniuskapel: een bewogen verleden

De collectie van de Leuvense Sint-Antoniuskapel staat sinds kort op Erfgoedplus. Deze collectie weerspiegelt het rijke verleden van de kapel  Neem een kijkje in de collectie (virtueel of ter plaatse) en laat je leiden door haar bewogen geschiedenis.

 

Meer dan Damiaan  

De Sint-antoniuskapel op het Pater Damiaanplein in Leuven kent een lange geschiedenis. De kapel is vandaag vooral bekend omwille van de Damiaancrypte, waar de stoffelijke resten van Pater Damiaan bewaard worden. Haar wortels reiken echter terug tot in de 13de eeuw. De kapel, die in 1299 gewijd werd aan de Heilige Maria, dankt haar hedendaagse naam aan Sint-Antonius abt, patroonheilige tegen veeziektes. In de 15de eeuw nam zijn cultus een hoge vlucht en vond er onder anderen jaarlijks een processie plaats in zijn naam. Zo werd de kapel in de volksmond bekend als de Sint-Antoniuskapel. Wanneer Leuven tijdens de Franse Revolutie onder Frans bewind viel, werd de kapel, zoals alle kerken, gesloten. Na jaren dienst te doen als opslagplaats, kocht Pater Vincke van de Heilige Harten van Jezus en Maria de kapel op 11 juli 1860.  Hier begint dan ook het verhaal van de huidige sint-Antoniuskapel.

Een vormingshuis voor missionarissen

Het religieuze leven in West-Europa kende door de Franse revolutie, 1789-1799, een serieuze terugval. De revolutionairen hadden zich tegen de Kerk gekeerd en alle religieuze instellingen werden gesloten. De machtsgreep van Napoleon in 1799 zorgde echter voor een verzoening met de Kerk. Dit gaf de kans aan Pierre Coudrin en Henriette Aymer de Chevalerie om de congregatie van de Heilige Harten van Jezus en Maria te stichten. Ze vestigden zich in de Rue de Picpus in Parijs en kregen zo hun bijnaam: de Picpussen. De congregatie richtte zich sterk op missionering. Om dit kracht bij te zetten, waren ze op zoek naar een geschikte plaats om een missiecollege op te richten. Hoewel eerste stemmen in de richting van Rome gingen, koos de congregatie uiteindelijk voor het Divaeus college op de Antoniusberg in Leuven op een steenworp van de Sint-Antoniuskapel. De aanwezigheid van de universiteit met haar theologische faculteit en het feit dat de voertaal in Leuven op dat moment Frans was, speelden hier ongetwijfeld een belangrijke rol bij.

Het Diveas college, Van Dieven College in het Nederlands,  vanop de Antoniusberg

 

Veelzijdig erfgoed

Kloosterkerk

De Sint-Antoniuskapel verloor tijdens de Franse Revolutie haar religieuze functie. De kapel werd gebruikt als opslagplaats van handelaars. Hier kwam in 1847 verandering in toen de kapel werd omgevormd tot een protestants gebedshuis. Dit was echter maar van korte duur en vanaf 1853 stond de kapel opnieuw leeg. Na zeven jaar van verwaarlozing werd de kapel dan ook openbaar te koop gesteld. Dit kwam op een goed moment voor de paters van de Leuvense Picpussen. Hun toenmalige kloosterkerk in het Diveascollege werd te klein en een uitbreiding bleek niet mogelijk. Pater Vincke van de Leuvense Picpussen liet deze kans dan ook niet voorbij gaan en kocht de kapel.

De kapel was sinds het einde van de 18de  eeuw echter in verval geraakt en er was dan ook nood aan een grondige restauratie. In 1868 werd ze ingewijd en vanaf dan officieel gebruikt als kloosterkerk door de Picpussen. Deze functie heeft een duidelijk stempel gedrukt op het erfgoed van de kapel. Er bleef zo een aanzienlijke collectie miskelken, voornamelijk uit de jaren 1920 tot 1960, bewaard. In die periode was het gebruikelijk dat elke pater bij zijn priesterwijding van zijn familie een kelk als geschenk kreeg. Hij gebruikte die kelk zijn leven lang voor de dagelijkse mis die hij volgens de toen geldende normen geacht werd op te dragen. Na zijn dood kwam de kelk dan terecht in de sacristie van de kerk.

Een inscriptie aan de binnenkant van de voet van de kelk vermeldt steeds de naam van de wijdeling, de datum van de priesterwijding en natuurlijk ook naam van de schenkers. In het voorbeeld op de foto werd de kelk geschonken werd door de familie Recko-Vanelderen.

 

 

 

    

 

Bedevaartsoord

De Sint-antoniuskapel is echter niet alleen een kloosterkerk, maar ook een populair bedevaartsoord. Ook deze functie zien we duidelijk weerspiegeld in haar erfgoed. Al van bij de aankoop van de kapel was duidelijk dat Sint-Jozef hier vereerd zou worden. Pater Vincke had namelijk een belofte gemaakt. Indien hij de kapel kon aankopen, zou hij hier een heiligdom ter ere van Sint-Jozef inrichten. Dit zou geen gewoon heiligdom worden, maar een heiligdom voor het “Genootschap van de Altijddurende Verering van Sint-Jozef”. Dit genootschap was ontstaan in Italië. In een guldenboek noteerden de leden de dag waarop ze maandelijks de Heilige Jozef zouden vereren. Een van de eerste Leuvense leden was de man die later ook vereerd zou worden in de kapel en tevens naamgenoot van de Heilige: Jozef Deveuster. Deveuster, later Pater Damiaan, koos de achtste dag van de maand om zijn patroonheilige op een bijzondere manier te huldigen.

De kapel groeide al snel uit tot een populair bedevaartsoord. Dit was voornamelijk te wijten aan het groot aantal enthousiaste vrijwilligers, die ijveraars en ijveraarsters genoemd werden. Zij zetten zich in voor de organisatie van het genootschap en de verering.  Het aantal leden groeide gestaag en dit leidde ook tot meer financiële bijdragen. Als dank hiervoor liet Pater Raepsaet in 1893 een nieuw beeld voor Sint-Jozef vervaardigen uit lindehout. Tussen 1900 en 1950 bereikte de verering haar hoogtepunt. Zo telde het Genootschap in 1901zo’n 300000 leden!

 

Vanaf 1901 komen ook de grote bedevaarten naar de kapel op gang, een bewijs hiervan zijn de vele ex-voto’s die bewaard bleven. Een Ex voto, wat gelofte in het Latijn betekent,  wordt traditioneel achtergelaten bij een altaar of een heiligbeeld in een bedevaartsoord als een bedankje of een smeekbede. Een groot aantal van de ex voto’s werd aangebracht op de achterwand van de kerk. Sint-Jozef wist ook een internationaal publiek aan te trekken, van Maastricht tot het verre oosten. Zo zie je op onderstaande foto’s een aankomende bedevaart groep uit Maastricht en een ex voto met Chinees of Japans opschrift.

      

 

Sinds 1936 is de Sint-Antoniuskapel niet enkel een bedevaartsoord voor de Heilige Jozef, maar ook voor Pater Damiaan. Zijn stoffelijke resten werden in eerste instantie in een zijkapel geplaatst. Deze gebeurtenis bracht zo’n 20000 mensen op de been die Pater Damiaan een laatst groet kwamen brengen.

     

 

De repatriatie van het lichaam Pater Damiaan werd ook vastgelegd in een kort filmpje.

In 1960 werd de kapel opnieuw verbouwd. De architecten kozen voor een moderne en strakke inrichting.  Op de bouwplannen zie je hoe ze in de nieuwe kerk plaats maakten voor een bedevaart crypte voor het graf van Damiaan. Het graf van Pater Damiaan is dan ook veruit het bekendste reliek van de Sint-antoniuskapel, maar zeker niet het enige. Op Erfgoedplus vind je zo’n 149 relieken. Neem dus zeker een kijkje in de collectie.

>> online collectie van de Sint-Antoniuskapel

Een bezoekje waard!

De sint-Antoniuskapel is iedere dag geopend voor bezoek. Neem zeker eens een kijkje wanneer je in de buurt bent. Dit kan steeds van 9u-18u. 

Print deze pagina